Emailadres: Login
Wachtwoord:
Suriplein.com Vakantie Suriname \ Toescheidingsovereenkomst \ Tekst Toescheidingsovereenkomst

Tekst Toescheidingsovereenkomst

DE TOESCHEIDINGSOVEREENKOMST ZOALS DEZE IN NEDERLANDSE TRACTENBLAD IS GEPUBLICEERD



 TRACTATENBLAD
                            
VAN HET


______________________________________________________________
                              JAARGANG 1975 Nr. 132
______________________________________________________________
 

A. TITEL



Toescheidingsovereenkomst inzake nationaliteiten tussen het 
Konkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname;
Paramaribo, 25 november 1975
 

B. TEKST

Toescheidingsovereenkomst inzake nationaliteiten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname



De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Republiek Suriname,



Overwegende dat het wenselijk is dat er in verband met het onafhankelijk worden van Suriname een nationaliteitenregeling wordt getroffen,
 

zijn het volgende overeengekomen:
 

Artikel 1
1. Meerderjarig in de zin van deze Overeenkomst zijn zij die de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt of vroeger in het huwelijk zijn getreden.

2. Voor de toepassing van deze Overeenkomst wordt onder vader, onderscheidelijk moeder, mede verstaan adoptief-vader, onderscheidelijk adoptief-moeder.
3. Voor de toepassing van deze Overeenkomst wordt een in Suriname gevonden of verlaten kind geacht te zijn geboren uit aldaar geboren ouders.

Artikel 2
1. Het verkrijgen van de Surinaamse nationaliteit ingevolge deze Overeenkomst heeft verlies van het Nederlanderschap tot gevolg.

2. Het verkrijgen van het Nederlanderschap ingevolge deze Overeenkomst heeft verlies van de Surinaamse nationaliteit tot gevolg.



Artikel 3

De Surinaamse nationaliteit verkrijgen alle meerderjarige Nederders die in Suriname zijn geboren en op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst in de Republiek Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hebben.

Artikel 4

De Surinaamse nationaliteit verkrijgen voorts alle meerderjarige Nederlanders die, buiten Suriname geboren zijnde, op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst in de Republiek Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hebben.

a. hetzij hun vader of, indien deze wettelijk onbekend is, hun moeder wel in Suriname is geboren. Is niet bekend waar de vader of, indien deze wettelijk onbekend is, de moeder is geboren, dan wordt deze geacht in Suriname te zijn geboren;

b. hetzij zij het Nederlanderschap hebben verkregen

1. ingevolge de Overeenkomst betreffende de toescheiding van staatsburgers, opgenomen in de wet "Souvereiniteitsoverdracht Indonesie" (wet van 21 december 1949, Stb. J 570) en op 27 december 1949 hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hadden in Suriname;

2. door naturalisatie bij of krachtens de wet op het tijdstip van de indiening van het verzoek in Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hadden;

3. in verband met het huwelijk met een Nederlander, van rechts wege dan wel door het doen van een kennisgeving, op het tijdstip van de huwelijksluiting hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf in
Suriname hadden.



Artikel 5
1. Meerderjarige Nederlanders die in Suriname zijn geboren  of die, buiten Suriname geboren zijnde, behoren tot een van de in artikel 4 onder b omschreven groepen van personen en die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst buiten de Republiek Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hebben, verkrijgen, ook buiten de Republiek Suriname, de Surinaamse nationaliteit door voor januari 1986 hun wil daartoe te kennen te geven.



2 De in het eerste lid bedoelde personen hebben het recht te allen tijde met hun gezin onvoorwaardelijk tot de Republiek Suriname te worden toegelaten en daar in alle opzichten als Surinamer te worden behandeld. (zij verkrijgen van rechtswege de Surinaamse nationaliteit, indien zij gedurende twee jaren in de Republiek Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf hebben). (deze tweede zin is bij protocol van 14 november 1994 door de verdagspartijen, terugwerkend tot 01 januari 1986, vervallen verklaard. Verwezen wordt naar Trb. 1994 Nr. 280).



3. De echtgenoten en de voor het jaar 2001 geboren kinderen, adoptiefkinderen daaronder begrepen, van de in het eerste lid bedoelde personen hebben eveneens het recht op de voet van het tweede lid onvoorwaardelijk tot de Republiek Suriname te worden toegelaten.

4. Aan de in de voorgaande leden bedoelde personen kunnen, zolang zij het Nederlanderschap bezitten, geen rechten worden verleend of verplichtingen worden opgelegd welke onverenigbaar zijn met het Nederlanderschap.
 

Artikel 6
1. Behoudens het in het tweede lid bepaalde volgen minderjarigen de nationaliteit van hun vader of, indien deze overleden of wettelijk onbekend is, die van hun moeder.



2. Minderjarigen volgen de nationaliteit die hun moeder ingevolge deze Overeenkomst verkrijgt of behoudt, indien en zolang zij met de moeder in een ander land verblijven dan de vader.



3. Op minderjarigen zijn de artikelen 2-5, 9 en 10 van overeenkomstige toepassing, indien hun ouders zijn overleden of onbekend zijn, danwel indien hun vader of, indien deze overleden of wettelijk onbekend is, hun moeder het Nederlanderschap niet bezit.



4. De in de voorgaande leden bedoelde minderjarigen verkrijgen de nationaliteit die zij, indien zij ten tijde van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst reeds meerderjarig waren geweest, zouden hebben gekregen dan wel hadden kunnen verkrijgen of behouden, door binnen vijf jaar na het bereiken van de meerderjarigheid hun wil daartoe te kennen te geven, mits deze nationaliteit is de nationaliteit van het land waar zij dan woonplaats hebben. Hetzelfde geldt voor wegens geestelijke stoornis onder curatele gestelden na de beëndiging van de curatele.



5. Buiten Suriname geboren minderjarigen van wie de moeder eveneens buiten Suriname als Nederlander geboren is, die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst in de Republiek Suriname hetzij woonplaats, hetzij werkelijk verblijf  hebben en het Nederlanderschap hebben verloren ingevolge het eerste lid, herkrijgen die hoedanigheid door binnen vijf jaar na het bereiken van de meerderjarigheid hun wil daartoe te kennen te geven.
 

Artikel 7
1. Indien ingevolge deze Overeenkomst de nationaliteit van een echtgenoot wordt gewijzigd, heeft elk der echtlieden de bevoegdheid de nationaliteit van de andere echtgenoot te verkrijgen door binnen vijf jaar na die wijziging de wil daartoe te kennen te geven, mits de echtlieden op de dag van de  kennisgeving beiden woonplaats of werkelijk verblijf hebben in hetzelfde land.

2. Personen als in het eerste lid bedoeld die een kennisgeving als daar bedoeld hebben gedaan, herkrijgen na de ontbinding van het huwelijk of de nietigverklaring daarvan de nationaliteit die zij onmiddelijk voor het doen van die kennisgeving bezaten, door binnen drie jaar na de ontbinding of nietigverklaring van het huwelijk hun wil daartoe te kennen te geven.
 

Artikel 8
1. Zij die ingevolge deze Overeenkomst de Surinaamse nationaliteit verkrijgen en op het tijdstip van de inwerkingtreding daarvan een publiekrechterlijk diensverband bezitten met Nederland of de Nederlandse Antillen, herkrijgen het Nederlanderschap te rekenen van dat tijdstip door binnen één jaar daarna hun wil daartoe te kennen te geven.



2. Nederlanders die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst een publiekrechtelijk diensverband bezitten met de Republiek Suriname en de Surinaamse nationaliteit niet ontlenen aan deze Overeenkomst, verkrijgen deze nationaliteit te rekenen van dat tijdstip, door binnen één jaar daarna hun wil daartoe te kennen te geven.



3. Deze kennisgevingen kunnen niet meer worden gedaan nadat het dienstverband is beëndigd.
 

 Artikel 9
Nederlanders die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze Overeenkomst in de Republiek Suriname woonplaats hebben en die ingevolge deze Overeenkomst de Surinaamse nationaliteit niet hebben verkregen, verkrijgen die hoedanigheid door binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst hun wil daartoe te kennen te geven, mits zij op de dag van de kennisgeving in de Republiek Suriname woonplaats hebben en meerderjarig zijn.
 

Artikel 10
Zij die de Surinaamse nationaliteit ontlenen aan artikel 3 van deze Overeenkomst en van wie de vader of, indien deze wettelijk onbekend is, de moeder buiten Suriname als Nederlander is geboren, herkrijgen het Nederlanderschap te rekenen van het tijdstip van de inwerking treding van deze Overeenkomst door binnen één jaar hun wil daartoe te kennen te geven.
 

Artikel 11
1. Kennisgevingen als bedoeld in deze Overeenkomst kunnen worden gedaan:
a. in Nederland aan de burgemeester van de gemeente waar de betrokkene woonplaats of werkelijk verblijf heeft en aan de diplomatieke vertegenwoordiger en consulaire ambtenaren van de Republiek Suriname;
b. in de Nederlandse Antillen aan de door de Gouverneur aangewezen autoriteiten en aan de consulaire ambtenaren van de Republiek Suriname;
c. in de Republiek Suriname aan de door de Minister van Justitie aan te wijzen autoriteit en aan de diplomatieke vertegenwoordiger en consulaire ambtenaren van het Koninkrijk der Nederlanden;
d. elders in den vreemde aan de diplomatieke vertegenwoordigers en consulaire ambtenaren van het Koninkrijk der Nederlanden en van de Republiek Suriname.



2. Voor minderjarigen worden kennisgevingen gedaan door hun wettelijke vertegenwoordiger. Voor hen die wegens geestelijke stoornis onder curatele zijn gesteld, wordt de kennisgeving gedaan door de curator.



3. Tenzij in deze Overeenkomst anders is bepaald, werken kennisgevingen niet terug.



4. Van alle kennisgevingen wordt onverwijld afschrift gezonden aan de Minister van Justitie in Nederland, in de Nederlandse Antillen en in de Republiek Suriname.
 

Artikel 12
Vraagstukken welke bij de toepassing van deze Overeenkomst mochten rijzen worden in onderling overleg tussen de administraties van de beide landen van het Koninkrijk en van de Republiek Suriname opgelost, onverminderd de bevoegdheid van de bevoegde rechter in elk van de beide landen van het Koninkrijk en in de Republiek Suriname volgens de daar bestaande wetgeving een beslissing te geven.
 

Artikel 13
De onderhavige Overeenkomst treedt in werking op 25 november 1975.



TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende gevolmachtigden, daartoe behoorlijk gemachtigd door hun onderscheiden Regeringen, deze Overeenkomst hebben ondertekend.



GEDAAN te Paramaribo, op 25 november 1975, in twee exemplaren in de Nederlandse taal.
 

Voor de Regering van het                   Voor de Regering van de
Koninkrijk der Nederlanden,                Republiek Suriname,
 

(w.g.) J.M. DEN UYL                         (w.g.) H.A.E. ARRON

 

Naast deze publicatie in het Nederlandse Tractenblad, zijn er een tweetal Handleiding met een uitgebreide toelichting op deze Toescheidingsovereenkomst gegeven door:



1. Produktie: Stafbureau voorlichting Ministerie van Justitie, Staatsuitgeverij 's-Gravenhage, met de titel: Handleiding betreffende de Toescheidingsovereenkomst inzake nationaliteiten, gesloten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname.



2. Regerings Publiciteits Dienst, drukkerij H. v.d. Boomen 1976, Paramaribo, met de titel: Handleiding betreffende de Toescheidings overeenkomst inzake nationaliteiten, gesloten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname.
KONINKRIJK DER NEDERLANDEN